Als locatie voor het carillon werd de lantaarn op het dak van de St. Agathakerk aan de Breestraat gekozen. De oude en veel hogere Wijkertoren werd niet geschikt geacht. De ligging van de Sint Agathakerk aan de Breestraat was gunstiger, gelet op het winkelende publiek.
Het carillon zou aanvankelijk bestaan uit drie octaven(zesendertig klokken). Later bleek, gezien de royale opbrengst van de inzamelacties, een carillon met 49 klokken mogelijk.
De drie grote luidklokken zijn eigendom van de St. Agathakerk. Ze werden in 1957 door de parochianen aan Deken Hosman geschonken ter gelegenheid van zijn 40-jarig priesterfeest.